Een steen die in het water ligt
en het water dat erom heen stroomt
over de steen onder de steen, omringd
door vloeiende beweging
De steen wil meedoen, spatten springen
zoals het water doet, maar al wat hij
doet hij zit vast
De steen heeft zichzelf vastgezet in
zijn eigen vastigheid, zijn ondoorlatenheid
zijn thuis, zijn huis, zijn huid
Oh hoe hij worstelt maar dan blijft
liggen, onbeweeglijk
Die keuze heeft de steen gemaakt
Op een dag spoelt het water hem
aan land
Als hij een kiezelsteen geworden is
Dat de heuvel af stuitert
Als hij inziet, zijn hart volgt, zijn
dromen
Als hij vrij is
Zichzelf bevrijdt heeft
van eigen ketenen
Pas dán kan hij voluit leven
En wordt hij liefgehad zoals
dat gaat met een kiezelsteen
als hij gewiegd wordt in haar
armen
Haar armen die zeggen:
kom bij me.
Het water wint omdat het
vloeibaar is en daarom sterker
Omdat water altijd maar stromen
wil
En stromen is liefde, alleen de
liefde stroomt.
Als de maan het wil breken zelfs
de hardste stenen
Omdat ze willen leven
Als een kiezelsteen beentjes
krijgt
Als water een dor ven geworden
is
Dan keert de steen zich om
En weet: ik was te laat en hij
sluit zijn hart en zwijgt
Annet xa9
Zoals gewoonlijk weer prachtig Annet.
Dank Marjo!