Ik had een fantasie die zo lang duurde dat het werkelijkheid werd. Maar was het wel de werkelijkheid? Of was de fantasie fantasie?
Ik drukte het konijn dichter tegen me aan. Dit konijn dat mensen at. Tenminste dat dacht het konijn. Het konijn dacht dat het mensen at. In werkelijkheid at het bloemkolen. Bloemkolen zonder sausje. Broccoli at het ook. ‘Ik krijg geen kanker’ zong het en maakte een radslag.
‘Alexandra’, zei ik, weet je wat leuk is?
‘Met je blote kont in het gras zitten’
‘Geen moeite, zei Alexandra, ik draag nooit een broek. Geen broek van stof, ik heb al een broek, ik bén broek’
Nu aarzelde ik even. Waarom wilde ik het blote gras gaan zitten. Ik nam mijn rok op en zette me op een steen. ‘Buh’ knorde de steen en het keek haar aan. Een mooi bars kopje met twee enorme hoorns. ‘oh, ik, ik verschoof me – ‘u bent een steenbok geloof ik’ ‘Ja, zei de stem, ik ben steen en een bok. Een steenbok dus. ‘Dan heet u vast Paul’, zei ik, ‘ja ik heet Paul, zonder zich te verbazen en hij gaf haar een lik. Ik drukte het knijntje dichter tegen me aan.
De steenbok verhief zich puffend en begon aan een loopje. Het was groot en zwaar. Af en toe stond Paul stil voor een dor hapje. Ik hield me vast aan een puntje op z’n rug.
Ze durfde Alexandra knijn ook niet op zijn rug te zetten. Misschien lustte het naast mens ook wel steenbok. Ze liepen een wei in. Een wei vol bloemen en grassen. Klaprozen, hazenstaartjes, margrieten, trilgras, pluimgras, hemelsblauwe korenbloemen, geurige kamille, felblauwe riddersporen, gele ganzenbloemen en zwarte rapunzel.
Na een tijdje naderden ze een woonwijkje. Zo’n doodgewoon nieuwbouwwijkje. Blokkendoos na blokkendoos. Tegeltuintjes in plaats van vlindertuinen aan elkaar geschakeld.
Op nummer zes sprong een grijs poedeltje de deur uit. Je weet wel zo’n geknipte bol in de vorm van een bloemkool. Met aan het eind een staart als een broccolibolletje.
En toen sprong Alexandra uit mijn armen en vrat het beestje op. Ik had er nauwelijks erg in.
Het was zomaar weg.
Alsof het er nooit geweest was.
Er was niets te zien op de plek des onheils.
Alleen waste Alexandra onschuldig haar pootjes.
Daarna één voor één haar lange fluwelen oren.
Omdat de deur toch open stond liep Paul naar binnen.
Hij plofte neer in een leren Bommelstoel en ik zat nog steeds bovenop hem.
Ik sloeg mijn armen zachtjes om hem heen en ik kreeg weer een likje.
EIND GOED. AL GOED.
Annet Lemaire xa9
(voor de veiligheid droeg Alexandra Gijsbertina Wortelloof voortaan een muilkorfje)
Hai Annet,
wat een heerlijke fantasie, of is het geen fantasie, maar de werkelijkheid….
Tja… daar zal ik nooit achter komen.
In ieder geval ga ik binnenkort gemzen zien, iets kleiner dan steenbokken, maar toch ook heel mooi en ik zal ze de groeten van je doen.
Wat een gek konijn. Maar wel heel verstandig, dat hij broccoli eet.
Ik eet het ook vaak, anti-kanker.
Zeg maar tegen hem,dat hij geen grapefruits moet eten.
Maar wel alle koolsoorten, want kanker haat kool.
Dagdag! Liefs van Marlou
.
Ha Marlou, helaas kan ik niet zo transparant schrijven dat de waarheid er niet doorheensiepelt. Tomaten zijn ook wegjagers van kanker. Dank voor de tip van de koolsoorten. Speciaal broccoli ja. Wat fijn misschien naar gemzenland? Zo noemde ik Zwitserland.
Geen grapefruits.
Liefs van Annet
Het moet zijn: Rabbit